Skip to main content

Bij God kun je altijd terecht

Met mijn verhaal wil ik jullie zeggen dat je altijd bij God terecht kan met je problemen. En dat Hij je alles wil vergeven. Ook mij.  Ik kom uit een gezellig gezin. We gingen naar de katholieke kerk waar ik misdienaar werd en zong in het jongens koor. Toen ik 33 was, eind vorige eeuw, kreeg ik een goede baan en verhuisde ik naar Amsterdam. Daar
pakte ik mijn hobby weer op, voetballen.

Eerst werd ik vrijwilliger en daarna grensrechter. De club bood me aan terreinbeheerder te worden. Dat trok me, vanwege het royale salaris dat ik had bedongen en de jongens die daar liepen. 

Op een keer ging het mis en heb ik er een paar misbruikt.  De club  kwam erachter en wilde alles buiten de publiciteit houden. Op verzoek heb ik toen ontslag genomen en kon ik terugkeren bij mijn vorige baas. Niemand wist wat er gebeurd was. Maar de jongens kwamen revanche nemen. Ze overvielen me en staken me neer, ik had een diepe
vleeswond. Ik stapte naar de politie, die de jongens snel inrekende. Maar tijdens hun verhoor vertelden ze ook wat ik hen eerder had aangedaan.
Op een ochtend stonden de politie en de rechtercommissaris me op te wachten. Ze namen me mee naar Bureau Marnixstraat in Amsterdam. Het klinkt misschien gek maar eigenlijk was het een enorme opluchting. Jaren had ik in twee werelden geleefd. Aan de buitenkant was ik een succesvolle veertiger met een riant huis. Van binnen was er constant die angst dat mijn verleden bekend zou worden. Nu was het zover. In een huis van bewaring wachtte ik op de uitspraak van de rechter: ik kreeg vier jaar en tbs. Ik werd overgeplaatst naar een gevangenis in het oosten van het land en daarna naar een tbs-kliniek.

Mijn ouders heb ik veel verdriet bezorgd. Ondanks alles zijn ze van me blijven houden. Dat bewonder ik zo. Een van mijn zussen wil geen contact meer. Ik begrijp haar worsteling. Zelf heb ik natuurlijk ook heel veel spijt van mijn delict. Voordat ik werd opgepakt ontmoette ik in Amsterdam mensen die me meenamen naar een evangelische gemeente.
De kerkdienst deed me iets. De blijheid, de sfeer en de preek raakten me en ik zag aan de mensen dat het geloof echt iets voor hen betekende. Daardoor ging het geloof meer voor mij meer leven. Toen ik vast zat, dacht ik: nu laat God me in de steek. Daarom ging ik kerkdiensten en gespreksgroepen bezoeken.
Daar leerde ik dat God me niet in de steek laat. Ik heb de AlphaPrison-cursus gedaan, die kan ik iedereen aanraden. Ook van vrijwilligers heb ik veel steun gehad. Ik mag nu voor de kerkdienst de liturgie in elkaar zetten en ik ben koster geworden. Dat betekent dat ik de zaal in orde maak voor de kerkdienst. Ik ben heel bij met de Bajesagenda. Er staan zulke mooie dingen in, die me soms recht in mijn hart raken. Dan krijg ik tranen in mijn ogen. Mensen zeggen wel eens: ‘Wat zie je er goed uit.’ Dan zeg ik: ‘Dat komt door God, want ik weet dat God je alles wil vergeven als je berouw hebt.’ Het geloof helpt me door de tbs-tijd heen. Als het niet gaat, zet ik een christelijke cd op of lees ik een mooi boek of de Bijbel. Ik denk erover om me te laten dopen door onderdompeling als teken van mijn nieuwe leven met God. En ook als  teken dat ik helemaal heb afgerekend met mijn verkeerde verleden. En als ik mijn vrijheid terugkrijg, hoop ik dat de mensen in de maatschappij me zullen accepteren.


Johan