Skip to main content

“Dommer” geworden

Hoe is het om vast te zitten in een gevangenis of een forensische kliniek?

Ik had een paar jaar geleden een gesprek met een wat oudere  gedetineerde. Hij vertelde: “Verblijven in een gevangenis stompt je af. Je hersencellen hoef je niet meer te gebruiken.

Als je vast zit hoef je niet meer te denken, want er wordt voor je gedacht, je hoeft niet meer te zorgen, want er wordt voor je gezorgd, je hoeft niet meer te beslissen, want er wordt voor je beslist. En met hersencellen is het net als met spieren: als je ze niet gebruikt krimpen ze en ze sterven af. Daarom, als mensen weer vrijkomen zijn ze dommer dan toen ze binnenkwamen.”

Nou, dat is nogal wat. Dus een bijwerking van detentie zou dan zijn dat mensen “dommer” worden… Maar het kan natuurlijk niet de bedoeling van gevangenisstraf zijn om mensen “dommer” te maken.

In mijn werk in een forensische kliniek zie ik nog een extra factor die het mentale functioneren van gedetineerden/patiënten nadelig beïnvloedt. Velen slikken psychofarmaca, en dat heeft geenszins zelden een negatief effect op het mentale functioneren. Bovendien is de leef- en belevingswereld van de patiënten erg beperkt. De betrokkenheid op de wereld buiten is gering. Familie is dikwijls de enige lijn met buiten.

In actie tegen afstomping
De man die mij dit vertelde was zelf actief bezig om mentale afstomping tegen te gaan. Door het volgen van een opleiding, door boeken te lezen zette hij de grijze massa in zijn bovenkamer aan het werk. Met het doel om niet afgestompt tzt de inrichting te verlaten. Ik vond het fantastisch om te horen, dat iemand in detentie inzicht krijgt in zijn situatie en ook actief daar verandering in brengt!
Sindsdien probeer ik in mijn werk telkens te peilen bij mensen of er interesse is om iets mentaals te doen. Creatief op zoek gaan naar van alles wat de hersenen van gedetineerden fitter maakt.

Als protestants geestelijk verzorger heb ik veel te bieden waarbij de cognitieve vaardigheden van mensen worden aangesproken. Uiteraard de kerkdiensten. Uitdaging daarbij is met de bijbelse boodschap  zo rechtstreeks mogelijk de hoorders te benaderen, en te voorkomen dat het over hun hoofd gaat.

Bijbelstudie is tot mijn vreugde best gewild. Nou, bij bijbelstudie moet je echt nadenken en je grijze massa in actie brengen. Verbanden leggen binnen de bijbel, verbanden leggen met je eigen leven, verbanden leggen met je delict. Bijzonder als je ziet dat ook echt gebeurt.

Maar ook andere vormen van mentaal bezig zijn te noemen. Zingen is voor de meeste patiënten in de kliniek niet iets waar ze goed in zijn. In de wekelijkse zanggroep wordt het zingen dan ook geleerd. En leren betekent cognitief bezig zijn. Letten op wat je doet, dingen anders doen, dingen beter doen. De deelnemers hebben er echt plezier in!

Bezig zijn met taal is een cognitieve uitdaging. Met een patiënt wekelijks de bijbel lezen en hem laten vertalen wat hij in zijn moedertaal leest. Dat is een cognitieve prestatie! Maar hij doet het toch maar! Tegelijk heb ik de kans om de bijbel te laten spreken voor deze persoon.

Een compliment waard!
Cruciaal voor mensen is dat zij worden gewaardeerd. Dat betekent in dit verband: door middel van complimenten elke cognitieve prestatie waarderen, hoe groot of hoe klein die ook is. Dat werkt. Mensen groeien in zelfvertrouwen, in geloof en in hoop. Krijgen (weer) het gevoel dat ze iets kunnen!

Ds. Jan, protestants geestelijk verzorger in CTP Veldzicht, Balkbrug