Mag ik zo'n kruisketting?

In het PPC krijg ik deze vraag vaak. Het is bij veel gedetineerden een gebruik om een rozenkrans om hun nek te hangen. Als bescherming, als steun, als houvast en symbool van geloof, hoop en troost. Ook kom ik de rozenkrans regelmatig tegen aan de muur in een cel. Bij de zoveelste vraag of iemand een “kruisketting” kon krijgen vroeg ik hem wat hij er mee ging doen. Hij zei dat hij hem om zijn nek wil hangen, omdat hij zich dan veiliger voelt.
Over dat gevoel van veiligheid hebben wij toen gesproken.
In dat gesprek zei ik: ‘die ketting is eigenlijk een gebruiksvoorwerp, hij is bedoeld om in je hand te houden.’ Ik heb hem uitgelegd dat het een rozenkrans is en dat het een manier is om te bidden. Daar kwam bij mij het idee op om met een aantal geïnteresseerden de rozenkrans te gaan bidden.
Op de oproep kwamen veel enthousiaste reacties. En sinds een aantal maanden bidden wij met ongeveer 10 mannen wekelijks de rozenkrans (het rozenhoedje). Aan de hand van een overzichtelijk boekje met de verschillende geheimen van de rozenkrans en andere korte gebeden.
De mannen vertellen dat het samen bidden hun kracht geeft en het versterkt hun gevoel dat ze er niet helemaal alleen voor staan. Een van hen zei: ‘ik word rustig vanbinnen als we bidden’. Juist door de herhaling van de gebeden kun je je gedachten even laten gaan. Of speciaal bidden voor iets of iemand, door eraan te denken tijdens het bidden. Aan de hand van “de geheimen”, staan we stil bij de belangrijkste gebeurtenissen uit het leven van Jezus.
Het samen bidden van de rozenkrans kan helpen om je open te stellen voor wat er op je pad komt, het samen bidden kan het gevoel van onderlinge verbondenheid versterken. Het samen bidden kan woorden geven als je niet weet hoe je moet bidden.
Wanneer ik weer de vraag krijg: ‘mag ik zo’n kruisketting?’ geef ik de rozenkrans met het gebedenboekje erbij en zeg er dan bij: ‘hou de rozenkrans maar in je hand’ en nodig hem uit om mee te komen bidden.
R-K Justitiepastor Tomas